Written by

Vakantie

Opvoeden, Spelen, Sport, Taal, Vakantie| Views: 1261

“Wat vonden jullie het állerleukst van de vakantie?” We zitten aan tafel. Ik kijk Noor en Bente aan. Hun antwoord is unaniem:

“Zwemmen!”

Ik wist het eigenlijk al, want met uitzondering van de laatste dag doken we op ieder mogelijk moment in het water, soms zelfs meerdere keren per dag. Het was best een groot zwembad, zeker voor een camping, met een lange glijbaan die boven het water uit kronkelde en waar je met gemak tientallen keren vanaf kunt glijden zonder er genoeg van te krijgen (vraag maar aan Noor).

Goed, je hebt het gehannes in het piepkleine kleedhokje (zo een waar je de deurtjes op slot doet door het voorste balkje van het zitbankje om te kieperen) en ik blies me half bewusteloos door al die zwembandjes. Maar afgezien daarvan was het geweldig. Met Bente om mijn nek achter Noor aan het diepe in, met zijn drieën de glijbaan af, waterpizza maken in het peuterbadje… En natuurlijk lekker lang treuzelen onder de warme douche en met natte paardenstaarten frietjes bestellen.

Toch hebben we veel meer gedaan in onze week Limburg. Zoals winkelen, skelterracen, blauwe bessen plukken, spelen in de speeltuin, schminken op het strand, trampolinespringen, boerderijdieren aaien, tekeningen maken…

De op één na populairste activiteit (na zwemmen dus) was voetballen. Iedere avond was er op ons veldje een wedstrijd met steeds zo’n vier, vijf andere jongens en meiden. Het waren zelfs heuse interlands, want onze buren waren Belgen en dankzij Google Translate en een portie lef nodigde Noor ook de Deense kinderen uit.

Op die momenten genoot ik misschien wel het meest. Het was allang bedtijd, maar de klok telt niet op vakantie. En bovendien: in de blessuretijd van de dag ontstaan vaak de mooiste herinneringen. Daar zat ik dan, op de veranda van de safaritent, te kijken naar de regelloze wedstrijd, waarin het na één doelpunt van 1-1 ineens 9-2 kon staan. Waarin hands niet telde, ballen nooit achter gingen en taalbarrières met voeten geslecht werden. “Ik ken het Deense meisje eigenlijk niet, maar het lijkt wel alsof we vriendinnen worden”, hijgt Noor even bij me uit, om meteen daarna terug te sprinten om een tegengoal te voorkomen.

Waar Noor en Bente op de eerste dag smeekten of ík wilde vragen hoe de buurkindjes heetten, wandelden ze een kleine week later zelf nonchalant en stoer zelf naar nieuwe mensen toe, deelden ze zoute soepstengels uit, leerden ze dat Iene-miene-mutte in België anders is dan in onze eigen taal en behoedden ze de Deense jongen voor een struikelpartij dankzij een onvervalst ‘Din blonder er løs’.

En de wedstrijden? Die kenden meerdere uitslagen. Iedereen won zijn eigen versie, alle kinderen werden topscoorder. Rond tien uur legde ik steeds twee compleet voldane, ‘Maar we zijn nog lang niet moe’-mompelende meisjes in bed. Voordat hun ogen dichtvielen, namen Noor en Bente nog wél snel even een voorschot op de volgende dag:

“Gaan we morgen weer voetballen? En zwemmen?”

Tuurlijk meiden. Lang leve vakantie!

2 Responses to " Vakantie "

  1. Hanny Gijsel schreef:

    Ted!! Wát een sfeerimpressie
    Alsof je er bij bent . Prachtige herinnering en absoluut niet alleen voor de meiden.

  2. Shiva schreef:

    Swimming was my favorite as a kid and remains so until now. Good to see you having fun & creating wonderful memories.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *