Nooit gedacht dat ik ooit zou janken om een kist Nopper. Vandaag gebeurde het.
Nopper, je kent het vast wel. Misschien speelde je er zelf als kind al mee (ik in ieder geval wel) en nog steeds is het een populair item in ons kinderdagverblijf. Ook thuis hebben we een aardig assortiment: deels van vroeger, aangevuld met een verzameling die we een paar jaar geleden op Marktplaats kochten.
Inmiddels staat de Nopper vooral in de weg. Onze meiden vinden het niet meer zo interessant, zelfs niet als papa en mama meespelen. En dus besloten we het te verkopen.
Eerst leek de missie een beetje dood te bloeden. Niemand bood, tot een paar dagen geleden: een bieding van € 20. We vroegen 35, maar ik had niet echt veel zin in gehannes om een paar euro, dus deed ik wat een collega me jaren geleden leerde.
“Wat denk je ervan als we de kerk in het midden zetten? We delen het verschil: 27,50?”
Het antwoord volgde direct. “Doen we!” en nog diezelfde middag spraken we af.
Misschien was het maar goed ook, dat het ineens zo vlot ging. Zo zou de sentimentele ik niet de overhand krijgen. Door het snel en pijnloos te laten gebeuren, zou ik vast niet aan het mijmeren slaan over die leuke, gezellige Nopper, waar mijn kleine meisjes zo veel plezier aan hadden gehad. Ik zou bijvoorbeeld zeker niet denken aan:
- Hoe Noor en Bente de Nopperbak liefdevol volplakten met dieren- en Frozenstickers
- Hoe heerlijk het geraas van een kist omkiepende Nopper eigenlijk klinkt (nu pas realiseer ik het me)
- Hoe mijn meisjes huizen bouwden met bedjes en zelfs aan slaapplekjes voor de paardjes dachten
- Hoe twee juichende hummels tegen mijn benen omhoog sprongen als ik nieuwe batterijen in de elektrische autootjes deed
- Hoe trots Noor met haar bouwwerk naar school liep om het aan de juf en haar klasgenootjes te laten zien (die in no-time ‘wauw’-roepend om mijn verlegen meisje heen stonden)
Ik zou zélfs niet denken aan hoe prachtig woest die kleine, vurige Bente kon worden als ze de pinnetjes niet snel genoeg in elkaar geschoven kreeg.
Wat een dierbare momenten. Hopelijk hebben we genoeg foto’s gemaakt.
Deze ochtend stond er een jonge vader voor de deur. “Ik kom voor de Nopper”, zei hij en gaf me een stevige hand. “We hebben een zoon van bijna 2 en een tweede kleine op komst, vandaar”, vertelde hij, terwijl hij een blik in de Nopperdoos wierp en tevreden knikte. “Dit gaat helemaal goedkomen. Thuis gaat er straks eentje uit zijn dak, denk ik.”
En weg was hij, de straat uit, de anonimiteit tegemoet van waaruit hij aan was komen rijden, de kist Nopper op de achterbank, op weg naar onbekende jongetjes die urenlang aan splinternieuwe herinneringen zullen gaan bouwen, die zullen kraaien van plezier om ons tweede-, derde- of misschien wel vierdehands speelgoed.
Ik heb de auto niet nagekeken, mocht je dat soms denken. En ik heb mijn best gedaan om ook niet aan de 24-karaats herinneringen te denken, want dan zou ik écht verdrietig worden. Ik heb het moment weggedrukt en mezelf getroost met de gedachte dat ik alleen wat plastic speelgoed had verkocht, niet de vele lieve, aandoenlijke momenten. Want die zijn onbetaalbaar.
Maar het viel niet mee. Mijn meisjes worden groot. En dat maakte papa eventjes piepklein.
Nostalgie, nee, melancholie ook bij mij!
Tranentrekkend!
Heel ontroerend Ted!
Dank jullie wel! Tsja, het valt niet altijd mee om een papa (of mama) te zijn 😉
Prachtig Ted. En opnieuw zo herkenbaar. Ik zoek alleen nog naar de juiste mindset om het ‘oude speelgoed’ weg te kunnen doen. Ik ben niet zo dapper denk ik….
Dank je, Jildou. Enneh, het móét niet weg hoor. Wij bewaren ons ook suf. Vaak is het te zonde…
Gewoon bewaren Jildou! Waar dacht je dat een deel van de nopper van Ted vandaan kwam?? Juist